Geen gevaarlijker land (voor zichzelf) dan de Verenigde Staten.

Opnieuw zijn er in de V.S. kinderen doodgeschoten door een kind. Nu ja, kind, door een jongeman van 19. En opnieuw zijn er in de Amerikaanse samenleving protesten waar niet naar geluisterd wordt en opnieuw is de huidige president in staat om zichzelf te verlagen tot victim blaming. Zelfs nu.

Natuurlijk is voor iedere niet-Amerikaan volstrekt helder dat het wapengeweld in de V.S. exact is wat het woord aangeeft: wapen – geweld. Zelfs de Amerikanen zelf spreken van gun violence. Maar veel Amerikanen zijn – net als hun president – meer gesteld op hun toegang tot wapens dan op het leven. Dat klinkt absurd en hard, maar het is maar al te waar. Een (politieke) minderheid is bereid te accepteren dat het niet een kwestie is van minder wapens of terugdringing van de menselijke oorzaken van al dat geweld, maar van een combinatie. Iedere discussie in de V.S. wordt al snel platgeslagen tot een politieke discussie die via partijlijnen verloopt: republikeinen zijn voor wapens, democraten tegen. Niet alle, maar grosso modo is dat het wel.

Toch ligt het allemaal niet zo eenvoudig wanneer er naar de statistieken rond wapengeweld gekeken wordt. Zie daarvoor onderstaande galerij met analyse van wat statistieken van de Amerikaanse overheden zelf.

Deze slideshow vereist JavaScript.

Het eerste plaatje laat de verdeling van mannelijke slachtoffers over de staten zien (2015), het tweede de vrouwelijke slachtoffers (2015). De derde plaat laat een grafiek zien met de verdeling van de daders naar etniciteit (2017), de vierde verdeeld naar gender (2017) en ten slotte laat de laatste zien wat de oorzaken zijn die de Amerikanen zelf aangeven voor de schietpartijen.

Laten we de platen eens langslopen. De meeste slachtoffers zijn mannen, grofweg 80%. En de verdeling over de staten komt redelijk goed overeen met de verdeling tussen republikeinse en democratische staten in de verkiezingsuitslag van de presidentsverkiezingen. Waarbij overigens de meeste doden vallen in het republikeinse deel.

De derde plaat laat zien dat het overgrote deel van de daders (zelfs bijna alle) mannen zijn. Daarmee wordt het echte probleem ineens zichtbaar: de Amerikaanse samenleving heeft niet alleen een geweldsprobleem, een wapenprobleem en een racismeprobleem, maar bovenal een gigantisch genderprobleem. Geweld door mannen is de motor van schietpartijen. Amerika is haar mannen aan het verliezen, zowel fysiek doordat ze het grootste aantal slachtoffers zijn, als mentaal: alle statistieken op dit gebied laten zien dat wapengeweld vooral genderspecifiek geweld is. Dat besef lijkt echter volstrekt afwezig (zie de laatste plaat waarover verder in dit stuk meer).

De vierde plaat laat zien dat het overwegend blanken zijn (bijna 60% van de daders is blank en bijna vier keer zoveel als zwarten). Als we die laatste statistiek leggen naast de verdeling van etniciteit in de Amerikaanse gevangenissen, dan hoeven we geen betoog meer te houden over racisme in Amerika. Dat is een gegeven en niet een vraag. De asymmetrie tussen blank en niet-blank is op geen enkel aspect in de Amerikaanse samenleving duidelijker dat op dat punt.

Het gaat dus hoofdzakelijk om geweld door blanke mannen, niet geheel toevallig ook de meest invloedrijke en rabiate achterban van de National Rifle Association (volgens hun eigen cijfers minimaal 60%, volgens objectieve cijfers rond de 80%). Deze NRA is daarmee in indirecte zin de grootste moordenaar van het eigen volk.

De laatste plaat ten slotte laat zien dat zo’n 80% van de Amerikanen vinden dat de geestelijke gezondheidszorg het laat afweten bij het onderkennen dan iemand een gevaar voor anderen is en ruim 60% vindt dat er te gemakkelijk over wapens kan worden beschikt tegen 36 niet. Ruim een derde van de Amerikanen ziet dus niet dat de beschikbaarheid en toegankelijkheid van wapens een probleem is. Een gegeven wat nauwelijks verwondering kan wekken omdat er nu eenmaal veel mensen voor de vrije beschikking over vuurwapens zijn. Jammer genoeg ontbreken in dat lijstje de logische vragen over wat men denkt dat de invloed van gender en etniciteit zijn.

Het zijn ernstige cijfers en ze leggen in samenhang eenvoudig bloot wat er in de V.S. eigenlijk aan de hand is:

  1. dat blanke mannen de gevaarlijkste groep vormen;
  2. dat bij meer dan 95% van de daders en zo’n 80% van de slachtoffers mannelijk zijn;
  3. dat de geestelijke gezondheidszorg problematisch is;
  4. dat de vrij toegang tot wapens problematisch is.

En wat er minimaal moet gebeuren om deze ramp te bestrijden:

  1. mannen heropvoeden of gewoon beter opvoeden;
  2. racisme aanpakken (ook justitieel en economisch racisme);
  3. niet bezuinigen op de geestelijke gezondheidszorg;
  4. toegang tot wapens beperken.

De kans dat dit onder het huidige bewind gaat gebeuren is bijna nul, want verwijzend naar het belangrijkste plaatje wat aan dit artikel vasthoudt: in 47 jaar zijn er 1,53 miljoen Amerikanen omgekomen door wapengeweld binnen Amerika tegen in 352 jaar 1,2 miljoen in alle door de Amerikanen gevoerde oorlogen. Amerika is een moorddadig land, verantwoordelijk voor meer dan 20 miljoen doden in 37 landen, sinds de tweede wereldoorlog. Het is tijd dat daar verandering in komt en dat de internationale gemeenschap Amerika wijst op haar barbarij.

Om een dergelijk land als voornaamste bondgenoot te blijven betitelen is op zijn minst onverstandig maar goed beschouwd buitengewoon onethisch ten opzichte van de Amerikaanse burgers. Deze mate van geweld in de Amerikaanse samenleving kan niet langer afgedaan worden als een binnenlandse aangelegenheid aldaar. Al is het alleen al omdat de rest van de wereld ook in negatieve zin Amerika volgt.

Trump, de republikeinse partij, de NRA, de rechtse pers, de rednecks, de paramilitaire groepen in de V.S., de mannen met hun liefde voor wapens, ze vormen een machtige groep en ze zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor onnoemelijk veel leed. Ze zijn verantwoordelijk voor verder verextremisering van de Amerikaanse samenleving, toename van haat en geweld jegens minderheden, mensen die niet conformeren met hun groepen en ga zo maar door. In eigen land, maar ultimo ook in het buitenland. Er is immers geen land ter wereld dat zo vergaand interfereert in wat er in andere landen gebeurt en wat daarbij zoveel brokken maakt als de V.S.. Zelfs Rusland niet, hoe graag de westerse regeringen en media dat ook willen doen geloven. Zelfs China niet, zelfs India niet. Maar moeten we de V.S. dan politiek isoleren of niet meer serieus nemen?

Ik denk van niet. Ik denk eerder dat wij – de regeringen in andere westerse landen – hun Amerikaanse neven en nichten zouden moeten duidelijke maken dat het zo niet langer kan. Dat we niet willen toekijken hoe een land zichzelf te gronde richt. Dat we niet gevoelig zijn voor Amerikaans superioriteitsdenken wanneer er tegelijkertijd een massamoord op gewone burgers, mannen, vrouwen, kinderen, ouderen, plaatsvindt in een land waarmee wij met zijn allen – of we willen of niet – historische verbonden zijn. Het is – denk ik – als het goed gesprek dat je soms met een broer of zus moet hebben om duidelijke te maken dat het helemaal de verkeerde kant met ze opgaat.

De V.S. neigt – als het om wapengebruik gaat – af te glijden naar wilsonbekwaam. Dat vergt zorg en desnoods tough love.

© 2018 Anna A. Ros

Bronnen:
Centre for Research on Globalization, Montreal
Gun Violence Archive, Washington DC
Statistica GmbH, Hamburg
Huffington Post
New York Times

Wees de eerste om te reageren

Geef een reactie